Dit is niet eens zo'n rare gedachte. Het bedrijf, je levenswerk, moet immers door. Ook na jouw overlijden. De bedrijfsopvolger moet zo weinig mogelijk last hebben van de overige erfgenamen. Hij moet er in ieder geval niet van afhankelijk zijn.
Je benoemt dan bijvoorbeeld je opvolger (stel, je zoon of diens BV) tot je enig erfgenaam. Je onterft daarbij de andere kinderen en zelfs je echtgenoot. Wat zijn de voordelen:
* de opvolger verkrijgt automatisch het hele vermogen. Allerlei in acht te nemen formaliteiten bij de levering van de specifieke goederen behorende tot de onderneming, hoeven niet plaats te vinden. Dit scheelt tijd en geld;
* de opvolger wordt ook automatisch eigenaar van alle schulden. Allerlei claims vanuit het bedrijf komen direct bij hem terecht en niet bij de andere familieleden. Kortom: de andere familieleden zijn beschermd tegen veel gedoe rondom de vererving van schulden, zoals het beneficiair moeten aanvaarden van de nalatenschap met de daarbij behorende formele vereffeningsprocedure.
De andere familieleden kunnen worden bedacht met legaten van bijvoorbeeld een geldsom en bepaalde goederen die niet tot het bedrijf behoren. De geldsom is vaak afkomstig van de opvolger die een bepaald bedrag voor de onderneming moet vergoeden. Bepaald kan worden dat die geldsom in termijnen door de erfgenaam-bedrijfsopvolger wordt voldaan onder de verplichting daarvoor voldoende borg te stellen.
Moeder eerder overleden? Bedrijfsopvolger, pas op voor de tegoedbonnen!
Toen moeder overleed, zat vader nog stevig in het ondernemerszadel. Er was een langstlevende testament. Vader kreeg daardoor het hele vermogen toegedeeld. Hij kreeg als het ware de erfdelen van de kinderen erbij. Zij kregen ieder een tegoedbon van vader, die doorgaans pas kan worden ingewisseld bij zijn overlijden. Wel zo handig nu de tegenwaarde van die tegoedbonnen grotendeels het bedrijfsvermogen vertegenwoordigde.
Na vaders overlijden wordt zijn zoon als bedrijfsopvolger ineens geconfronteerd met de tegoedbonnen van zijn broers en zusters. Die zijn meteen opeisbaar geworden. Aangezien hij enig erfgenaam is, komen alle schulden van vaders nalatenschap, waaronder de tegoedbonnen, helemaal voor zijn rekening! De vorderingen van zijn broers en zusters zouden in het uiterste geval zelfs het faillissement van het familiebedrijf en van hemzelf kunnen veroorzaken. Oei, dat was niet de bedoeling!
Het blijkt maar weer: het ondernemerstestament is zowel bij vader áls bij moeder een stukje maatwerk dat niet alleen in het belang is van de bedrijfsopvolger, maar in het belang van de hele familie. Dit dient goed en tijdig te worden opgesteld.